Demo Donderdag met FragDenStat – een verslag
Donderdag 25 januari was het Duitse civic tech platform FragDenStaat te gast bij Demo Donderdag om te vertellen hoe zij betrokken burgers helpen om een informatieverzoek aan de Duitse staat te omschrijven en verzenden. Een verslag door Pepijn van Houdt van RDDI.
Gabrielle en Melek van FragDenStaat deelden hun ervaringen bij het verzoeken om informatie in Duitsland. Die ervaringen zijn divers. Zo blijken informatierechten niet evenredig verdeeld over alle deelstaten. Ook blijkt dat het op Europees niveau bijvoorbeeld moeilijker is om openbaarmaking af te dwingen, mogelijk vanwege de grotere afstand tot burgers. De verschillen in informatierechten in verschillende landen maken het er niet makkelijker op te weten hoe je een informatieverzoek het best kan formuleren. Zo blijkt informatievrijheid in Duitsland bijvoorbeeld geborgd door wetten op gebied van natuur- en consumentenbescherming. Terwijl politieke besluitvorming rondom een maatschappelijke opgave zich ondertussen van landsgrenzen weinig aantrekt.
Verder blijkt transparantie in Duitsland in bepaalde opzichten beperkter. Zo kunnen verzoeken waarvan de beantwoording teveel moeite zou kosten worden geweigerd. Of de verzoeker wordt verzocht om voor deze moeite te betalen. Ondanks de beperkingen wordt echter gretig gebruik gemaakt van de mogelijkheid om vragen te stellen aan de Staat. Mede dankzij allerlei bewustwordingscampagnes blijft het aantal gestelde vragen via FragDenStaat groeien. Van allerlei mensen komen: buurtbewoners, onderzoekers, journalisten, advocaten, maatschappelijke organisaties en bedrijven.
Groundhog Day
Zelfs ambtenaren maken gebruik van de website omdat informatie daar makkelijker vindbaar is. Dat veelzeggende gegeven bevestigt wat in Nederland ook al jaren bekend is, namelijk dat een gebrekkige beantwoording van informatieverzoeken deels verweten kan worden aan een informatiehuishouding die zich in een teleurstellende staat bevindt. Niet voor niets schreef het Adviescollege voor Openbaarheid en Informatiehuishouding (ACOI) onlangs een rapport over deze herhaaldelijk getrokken conclusie, voorzien van de passende titel ‘Groundhog Day’. In hun meest recente publicatie pleit ACOI voor een openbare leidraad voor de behandeling van Woo-verzoeken. Een dergelijke leidraad blijkt ook in Duitsland te helpen om informatieverzoeken gelijk te behandelen; zo bleek een incidentrapport in het ene verzoek vrijgegeven te worden, terwijl ditzelfde rapport in een ander verzoek niet te werd verstrekt. Zo’n gevarieerde toepassing van uitzonderingsgronden wekt wantrouwen.
Indrukwekkend ontwikkeld
Hoopvol is wel dat het groeiend aantal verzoeken, net als in Nederland, ook de Duitse overheid stimuleert om meer informatie uit eigen beweging openbaar te maken. Dus zonder dat daar een verzoek aan vooraf gaat. Daarnaast is het platform FragDenStaat indrukwekkend ver ontwikkeld. Zo houdt het nauwgezet de status van elk verzoek bij en kan op basis van het doorzoekbare archief makkelijk worden bekeken in hoeverre gewenste informatie reeds openbaar is. Wanneer een informatieverzoek niet toereikend wordt beantwoord, kan FragDenStaat het verzoek ook escaleren door grote aantallen verzoekers op te trommelen en vele automatisch herinneringen te versturen aan de overheidsorganisatie.
Het feit dat het archief zo netjes op orde is en zelfs wordt geraadpleegd door ambtenaren, roept de vraag op of de overheid zich ook aan deze archieven zou kunnen of moeten verbinden, en bovenal of dit voor FragDenStaat een wenselijke situatie zou zijn. Van vertrouwen in een dergelijke samenwerking of zelfs fusie is niet direct sprake, maar de sessie gaf op z’n minst wat ruimte om toenadering te zoeken. En om gezamenlijk een beter beeld te ontwikkelen van de behoeften van verzoekers en hoe die het beste kunnen worden vervuld – volgens het meest recente ACOI-advies het belangrijkste advies om vast te stellen hoe openbaarheid bij bijdragen aan herstel van vertrouwen!
Terugblik in de toekomst
Voordat de medewerkers van FragDenStaat hun verhaal deden trapten we zoals altijd af met een ‘terugblik in de toekomst’ op basis van archiefmateriaal van Beeld & Geluid. De fragmenten toonden allerlei soorten dienstverlening die inspiratie vormden voor een eventuele alternatieve behandeling van een informatieverzoek.
Adresboek avant la lettre
Het eerste fragment toonde een inlichtingencentrale van telecombedrijf KPN eind jaren 70 - een kunstmatig intelligent adresboek avant la lettre. In die centrale hielpen medewerkers mensen aan adressen met behulp van computers. De computers van die tijd bleken niet in staat om links te leggen tussen uiteenlopend gebruik van termen. Zo verzocht een beller om het adres van een ‘melkfabriek’, die de medewerker enkel kon vinden door op ‘zuivelfabriek’ te zoeken. De medewerker vormde dus een essentiële schakel – wat ook geldt voor de hedendaagse behandeling van informatieverzoeken.
Leuker kunnen ze het niet maken
De volgende fragmenten toonden de transformatie van de manier waarop de Belastingdienst mensen hielp om hun belastingaangifte te doen. De verandering van biljetten naar aangiftedisketten naar vooringevulde online formulieren maakte duidelijk dat de overheid wel degelijk beschikt over innoverend vermogen, tegen veelgehoorde verwachtingen in. Regeringscommissaris Informatiehuishouding Arre Zuurmond merkte overigens niet lang geleden wel op dat de overheidsafdeling ‘halen’, die geld van burgers incasseert, beter op orde is dan die van het ‘brengen’. Toch verliep ook de transformatie van de aangifte niet zonder hort of stoot en kon niet aan alle behoeftes van burgers worden voldaan. Denk bijvoorbeeld aan mensen die gebruikmaakten van de aangiftedisketten, maar het onvermijdelijke gebruik van online formulieren liever zo lang mogelijk uitstelden. Of de mensen voor wie het foutloos controleren van de vooringevulde aangifte te complex bleek, waarvoor zij later moesten boeten met een onverwachte corrigerende rekening. Gelukkig werd de Belastingtelefoon volop gepromoot en bemenst. Of een kritische journalist, burger of bedrijf zou kunnen worden verblijd met een vooringevuld Woo-verzoek is de vraag, maar het telefonisch contact bood volgens het aanwezige publiek perspectief.
De man van de SRV
De fragmenten erna lieten nog een aantal manieren zien waarop bedrijven klanttevredenheid nastreven. Denk bijvoorbeeld aan de manier waarop de innovatieve SRV-wagen de supermarkt naar de mensen toe bracht. Een voorbeeld waar Pieter Ippel en Krijn van Beek zich door hebben laten inspireren en waar zij een nieuwe invulling aan hebben gegeven: SamenRechtVinden, waarbij rechtshulp naar burgers toe komt, in plaats van andersom.
Woo-algoritmes
Het volgende fragment toonde de manier waarop van bediendes in restaurants wordt verwacht dat ze een wijnkeuze kunnen voorstellen die perfect past bij een gerecht. Zou het ook denkbaar zijn dat een Woo-contactpersoon op vergelijkbare wijze documenten koppelt op basis van de wensen van de verzoeker? Of zelfs een algoritme dat documenten voorstelt waarvan je nog niet eens wist dat je ernaar op zoek was, zoals Google of Spotify dat kan? Of, echte toekomstmuziek: een algoritme dat die informatie zelf kan vervaardigen? Genoeg mogelijkheden om samen met de maatschappij te verkennen.
Complimenten
Het laatste fragment toonde een winkelmedewerker die klanten blij maakte door aankopen met passie te verpakken en klanten zelfs te complimenteren op hun verschijning. Of informatieverzoekers blij worden van een dergelijke bejegening is maar zeer de vraag. Toch blijft de onderliggende vraag relevant: hoe bejegent de overheid burgers die vragen aan haar stellen? Die vraag werd neergelegd bij FragDenStaat.