Terugblik op de Stuurgroep RDDI
In 2018 stelde de Stuurgroep al de handreiking bewaarbeleid e-mails Rijksoverheid vast. In deze handreiking is opgenomen dat departementen hun e-mails gedurende 10 jaar veiligstellen en vervolgens de e-mails van sleutelfunctionarissen en hotspots overdragen aan het Nationaal Archief. Dat is een vorm van ‘bulkarchivering’ waar veel over te doen is geweest. Inmiddels is er een groeiende groep projectleiders e-mailarchivering bij organisaties die kijken naar de wijze van invoering van deze werkwijze. De Stuurgroep bevestigde unaniem dat deze lijn nog steeds de hoofdlijn is en dat de rijksoverheid verantwoordelijk moet zijn voor het veiligstellen van informatie in e-mails.
Dat we bij Berichtenapps een andere werkwijze volgen, namelijk niet bulkarchivering maar inzetten op het goed informeren en instrueren van medewerkers, lijkt tegenstrijdig. Dat is het niet. E-mails zijn in bulk veilig te stellen en bij Whatsapp is dat een stuk lastiger. Het SGO stelde de lijn vast dat het gebruik van berichtenapps ontraden zou moeten worden, maar als toch gebruikt is voor bestuurlijke besluitvorming dan moet deze berichten echt veiliggesteld worden. Voor het geval er in een Wob procedure naar gevraagd wordt, en/of er overgedragen moet worden naar het Nationaal Archief. Bij RDDI ligt de opgave om medewerkers hierover eenduidig en op goede wijze te informeren.
In de Stuurgroep lag ook een eerste proeve van de actualisatie van het Meerjarenplan verbetering informatiehuishouding Rijk. We zien daarbij een verschuiving naar projecten die gaan helpen om een Wob uitvraag eenvoudiger af te handelen en de inzet van meer gekwalificeerd personeel. Beide nieuwe opgaven worden opgepakt door RDDI en deze sluiten aan bij actuele behoeften bij de Rijksoverheid. De vraag van de departementen wordt steeds meer gevormd door eigenstandige projectorganisaties informatiehuishouding bij departementen en dat is ook precies de bedoeling. Zo kan vanuit verschillende verantwoordelijkheden steeds beter worden samengewerkt, en zie je ook voorlopers ontstaan.
Met vreugde zien we dat departementen en uitvoeringsorganisaties het verbeteren van de informatiehuishouding als een opgave zien waaraan met vereende krachten moet worden gewerkt. Er zullen de komende periode zichtbare resultaten geboekt kunnen worden en we rekenen erop dat deze beweging goed zichtbaar is in de komende monitor van de Inspectie Overheidsinformatie en Erfgoed. We kijken dan ook oprecht uit naar de volgende rapportage.